[ Geografie ]
Tong-Shang is de hoofdstad van de Ming-Tze (明龟). De stad bestaat uit meer dan een dozijn kleine eilanden te midden van een groot koraalrif. De eilanden zijn elk ommuurd door zeer hoge stenen muren en ze zijn door overdekte bruggen van soms kilometers lang verbonden met elkaar waardoor alles in de stad in de schaduw lijkt te liggen - een welkome bijkomstigheid in het warme klimaat. Binnen de muren liggen verstedelijkte stukken, maar zijn er ook grote stenen rijstvelden en zelfs stukken bos. In deze stukken bos zijn nette wegen aangelegd en zijn er kapelletjes en shrines.
Centraal in de stad is de berg Ming (明), waar de stad haar water vandaan haalt. Via gigantische aquaducten word dit verspreid over de eilanden. In de aquaduct systemen worden vissen gehouden in een grote verscheidenheid aan soorten en kleuren en overal worden rijst en andere planten verbouwd waardoor er enorm veel natuurschoon binnen de stad te vinden is.
Naast de aquaducten zijn ook stukken van de zee die tussen de bruggen van de eilanden liggen beschermd en deze plekken dienen ter recreatie van de Ming-Tze. De meeste van deze gebieden zijn meerdere vierkante kilometers groot en niet meer dan een meter diep, met hier en daar stukken die wat verder gaan. De basins zijn normaal afgesloten van de getijden, maar overdag tijdens laagtij worden de poorten open gezet om het water te verversen.
Door deze wonderbaarlijke bouwwerken is de stad vrijwel zelfvoorzienend. De parels die opgevist worden, worden echter met het buitenland verhandeld en een Ming-Tze parelketting is dan ook een gewild sieraad voor de edelere dame.